Jetzt ist es so weit gekommen…
De Duitse arts en hygiënist Johann Peter Frank (1745-1821) pleit in dit citaat voor het reguleren van al die spellen die tot onbeweeglijkheid leiden, uiteraard omdat dit de fysieke weerbaarheid van de bevolking aantastte. Zijn pleidooi hield onder andere ook in, dat de scholen lichamelijke opvoeding, gymnastiek, moesten aanbieden aan hun leerlingen. En verder moesten de staten de spellen verbieden of ten minste reguleren. Zoals Saksen bij voorbeeld, waar kaarten en dobbelen verboden was voor jongeren onder de achttien jaar.
“Men had echter niet kunnen vermoeden, dat de naneven van de ijzerharde Germanen en forsgespierde Galliërs tot een graad van verwijfdheid zouden vervallen, die nauwelijks door de Aziatische volken overtroffen wordt ;…
“Het is nu zo ver gekomen dat in de beste gezinnen alle gewone beweging is verbannen, en dat al die verschillende lichaamsoefeningen waartoe de ouderen zich nog in enige mate verplichtten, sinds twee of drie generaties zo veronachtzaamd worden … ; het kaartspel dat minder bekend is bij onze vaders, kleeft in alle steden, in alle samenlevingen, vanaf een bepaald uur in de namiddag de meeste mensen vast op hun stoelen, waarop ze tot laat in de nacht als pilaren stokstijf krom blijven zitten.
“De Overheid , die de gezondheid van haar onderdanen ter harte neemt, moet zo veel mogelijk in haar land al die spellen tegen gaan , die het lichaam in een bestendige rust houden.
De bezorgdheid voor de onbeweeglijkheid van de jeugd zou nog vaker opduiken : voor wie te veel boeken las of strips, te veel naar de radio luisterde, TV keek, computerde of zich voortdurend vastkleeft aan de smartphone. Johann Peter Frank zou misschien wel opgezet zijn met de pogingen van China in de laatste jaren om het videogamen bij jongeren aan banden te leggen.